Een van de jongens die zich voorbereidt op het sacrament van het vormsel vroeg me: waarom lacht u altijd? En dit bracht mij ertoe na te denken over een geschrift dat ik lang geleden heb gelezen en waarvan ik me de auteur niet herinner, maar sommige ideeën die ik daar las zijn in mijn geheugen gegrift gebleven en ik wilde ze met jullie delen. 

Als ik God om een geschenk zou moeten vragen, een enkel geschenk, een hemels geschenk, zou ik Hem, denk ik zonder aarzeling, vragen mij de allerhoogste kunst van het glimlachen te schenken. Dat is waar ik bij sommige mensen het meest jaloers op ben. Het is, zo lijkt mij, het toppunt van menselijke uitdrukkingen. Er zijn, ik weet het, leugenachtige, ironische, minachtende glimlachen enz. 

Maar ik spreek over de glimlachen die voortkomen uit een verlichte ziel,die zijn als de bliksem in de nacht, die we voelen als we een ree zien rennen, die verschijnen als we het stromen van water uit een fontein in een eenzaam bos horen, de glimlachjes die we op wonderbaarlijke wijze zien op het gezicht van een kind van acht maanden en die sommige mensen hun hele leven lang weten te behouden. 

Het lijkt mij dat die glimlach een van de weinige dingen is die Adam en Eva uit het paradijs wisten te halen toen ze werden verdreven, en dat is de reden waarom we, als we een gezicht zien dat weet hoe te glimlachen, de indruk hebben dat we naar het paradijs zijn teruggekeerd, voor een paar seconden. 

Rosales (Spaanse schrijver) zegt het prachtig als hij schrijft: “Het is waar dat je kunt verdwalen in een glimlach, zoals in een bos, en het is waar dat je misschien jaren en jaren kunt leven zonder terug te keren van een glimlach.” 

Maar de grote vraag is, zo lijkt mij, hoe je een glimlach kunt krijgen. Is het een puur geschenk uit de hemel? Of is het gebouwd als een huis? Ik veronderstel een combinatie van de twee dingen. Een mooi persoon, met een schoon en puur gezicht, heeft al een lange weg afgelegd om een oogverblindende glimlach te bereiken. Maar we kennen allemaal oude mensen met een buitengewone glimlach. 

Misschien wel de beste glimlach die ik ooit heb gekend, verscheen precies op de gezichten van oudere nonnen: Moeder Teresa van Calcutta en vele anderen die minder bekend waren, zoals zuster Loci die afgelopen jaar overleden is. Daarom zou ik zeggen dat een goede glimlach meer een kunst dan een erfenis is. 

Dat is iets dat geduldig en moeizaam moet worden opgebouwd. Met wat? Met innerlijk evenwicht, met vrede in de ziel, met een liefde zonder grenzen, met de Heilige Geest. Mensen die veel liefhebben, lachen gemakkelijk. 

Een verbitterd persoon zal nooit weten hoe hij moet glimlachen. Glimlachen is een kunst die voortdurend moet worden beoefend, het is ook een gave en vrucht van de Heilige Geest. Geen gezichten trekken voor de spiegel, want de vrucht van dat soort repetities is het masker en niet de glimlach. 

Ik heb het van een homiletiekleraar geleerd. Op een dag gaf hij ons de beste van zijn lessen: dat was toen hij uitlegde dat als we iets onaangenaams moesten zeggen in een preek, we daar niet mee moesten stoppen, maar dat we onszelf moesten dwingen om al het onaangename glimlachend te zeggen. 

Die dag heb ik iets geleerd dat voor mij oneindig nuttig is geweest: alles kan gezegd worden. Er bestaan geen verboden waarheden. Wat verboden zou moeten worden, is de waarheid vertellen met bitterheid, met een verlangen om te kwetsen. Zoals Don Quixote tegen Sancho zei: “Het gaat er niet om wat je zegt, mijn beste Sancho, maar om de manier waarop je het zegt.” Veel ruzies en misverstanden hadden voorkomen kunnen worden als we hadden nagedacht over de manier waarop we zeiden wat we zeiden. 

Beste parochiaan,
In elke glimlach schuilt iets dat de goedheid van God manifesteert, omdat het een zichtbaar teken is dat de Heilige Geest in onze ziel werkt. 

Verbonden in Christus,
Kapelaan Jaider Chantre Sánchez